Redactie
Bij de recente wereldbekerwedstrijden langebaanschaatsen in Obihiro, Japan, hebben Friese schaatsers opmerkelijke prestaties geleverd, met Femke Kok en Antoinette Rijpma-De Jong in de schijnwerpers.
Femke Kok, afkomstig uit Friesland, samen met Wesley Dijs, heeft geschiedenis geschreven door de allereerste gemengde aflossing te winnen. Dit nieuwe onderdeel, vergelijkbaar met shorttrack, wisselt een man en een vrouw per team af. Kok en Dijs’ overwinning kwam ondanks een dramatische valpartij van Dijs, die in botsing kwam met een Canadese schaatser. Deze botsing leidde tot diskwalificatie van het Canadese team en bezorgde Nederland het goud en een wereldrecord in deze discipline.
Antoinette Rijpma-De Jong, ook uit Friesland, toonde haar uithoudingsvermogen en techniek door een bronzen medaille te winnen op de 3.000 meter. Haar tijd van 4.03,71 was slechts seconden verwijderd van de winnaar en de tweede plaats, bezet door respectievelijk Ragne Wiklund uit Noorwegen en Momoka Horikawa uit Japan. Deze prestatie komt na haar succes op de 1.500 meter, waar ze als regerend wereldkampioene tweede werd.
Deze prestaties van Kok en Rijpma-De Jong tonen de diepe schaatstraditie en het talent dat Friesland voortbrengt. De overwinning in de gemengde aflossing is een primeur voor Nederland en zet een nieuwe standaard in het schaatsen. Tegelijkertijd bewijst Rijpma-De Jong’s prestatie op de 3.000 meter haar veelzijdigheid en vastberadenheid, vooral gezien haar late toetreding tot de race.
Deze successen zijn niet alleen een triomf voor de individuele atleten, maar ook voor de Friese schaatssport, die keer op keer laat zien waarom het een van de belangrijkste centra voor schaatstalent in de wereld is. Met deze medailles hebben Kok en Rijpma-De Jong Friesland weer op de kaart gezet in de internationale schaatswereld.
